26 juli - 2 augustus 2010

Reuzenbergen vind je in Jotunheim, in de Germaanse sagen het gebied van de reuzen. In Noorwegen heet het gebied met vele toppen boven de 2000 meter Jotunheimen, genoemd naar een trol die daar zou leven. Voor reuzen en trollen is het ook een goed gebied: grote bergen en vooral veel steen. Het is een jong gebergte met scherpe toppen en diepe dalen. En het is een prachtig gebied om te wandelen. Dus trokken wij (Evert en Mireille) er met de rugzak naartoe. Een vliegtuig van de SAS bracht ons naar Oslo, met de trein gingen we naar Lillehammer en met de bus zouden we dan verder naar Jotunheimen reizen.

bifrost
bifrost
{.style_margin10 width="500” height="419”}

Omdat Evert net voor vertrek de jonge (proza) Edda had gelezen, zullen er in dit verslag af en toe wat verwijzingen naar de Noorse mythologie gegeven worden. Vanuit het vliegtuig konden we ook een soort regenboog zien, maar dan helemaal rond: een regenboog zonder begin of einde, zo ziet de regenboogbrug (bifrost) er dus voor de goden van Asgaard uit.

Het woord "hammer" in Lillehammer is afkomstig van het oudnoorse "Hamarr" wat "steen" of "kei" betekend, maar ook "hamer" kan betekenen. Misschien is het dus een verwijzing naar Mjölnir, de hamer van Thor, waarmee hij reuzen versloeg. Voor ons was Lillehammer vooral een tussenstation. Voor de trein krijg je nog een ouderwets treinkaartje. We kwamen er laat aan en we moesten er weer op tijd uit om de bus te pakken die maar twee keer per dag rijdt. Helaas was de jeugdherberg die vlak bij het station staat al gesloten. Samen met vier Duitse meiden, ook lid van Scouting, welke net een meerdaagse hike door de heuvels rond Lillehammer gelopen hadden, sliepen we op matjes in het station. Die meiden hadden nauwelijks matjes mee: ze sliepen op isomatjes en schapenvachten, misschien ook best wel praktisch, en zeker warm.

treinkaartje
treinkaartje

Na een nacht nauwelijks slapen wegens de warmte en het licht op het station was het goed om lekker in de bus te zitten. Het landschap werd steeds bergachtiger, tot we in Gjendesheim kwamen: het startpunt van onze tocht. We konden onze bagage naar Memurubu laten verschepen via een veerboot en we gingen van start op de meest populaire en drukke route in Jotunheimen: het pad genoemd naar het toneelstuk "Peer Gynt" van Henrik Ibsen met muziek van de componist Edvard Grieg, die hierbij o.a. "In de hal van de bergkoning" componeerde. Het was warm, zonnig, en los daarvan kreeg je het toch al wel warm van het omhoog lopen en klauteren. De meeste mensen liepen in korte broek, T-shirt, en sommige dames in BH. Dat waren dus de temperaturen hoog in de bergen van het noorden. Het "pad" bestond deels uit losse stenen en klimstukjes, en de beloning: prachtige vergezichten.

eerste wandeling, net begonnen
eerste wandeling, net begonnen

de bergkoning
de bergkoning

We moesten flink doorlopen. Omdat we 's ochtends in de bus zaten, waren we pas om half drie begonnen met lopen. Er stond zes tot acht uur voor de wandeltocht die wij in zeven en een half uur volbrachten, maar niet zonder inspanning! We kwamen af en toe ook mensen tegen die er niet zo heel getraind uit zagen en waarschijnlijk meegelokt waren door enthousiaste wandelaars. Maar ook kwamen we veel Noren, zelfs kinderen, tegen die daar net zo gemakkelijk liepen als op een normaal wandelpad.

Tenslotte kwamen we in Memurubu aan. We waren erg moe, gingen onze rugzakken halen en ons bivak gereed maken om te gaan slapen. Helaas ging het hard regenen. Toch goed geslapen. De volgende dag de spullen in de zon gedroogd, en besloten een rustdag in te lassen. We wilden namelijk onze spullen opnieuw met de boot naar de volgende hut laten brengen, naar Gjendebu, maar de boot was al vertrokken, dus we moesten op de volgende dag wachten.

route
route

De dag zelf, en de avond, hebben we heel rustgevend doorgebracht met het lezen van de boeken die we meegenomen hadden. Evert probeerde door de inleiding van Oswald Spengler's Der Untergang des Abendlandes te worstelen, en boek dat zowel interessante inzichten als grove analysefouten bevat en dat in ieder geval goede denkkost biedt. Henry Kissinger (een Amerikaanse topdiplomaat van Joodse afkomst) was een liefhebber van het boek, maar er zijn ook critici die beweren dat het pessimisme en de ideeën van Spengler de weg naar het nationaal-socialisme breder maakte. Mireille las vlot door Emily Jane Brontë's Wuthering Heights, een hoogtepunt in de wereldliteratuur, in prachtig maar soms lastig Engels.

We aten tijdens de hele vakantie 's avonds van de droogvoermaaltijden: dat zijn maaltijden in droog- en poedervorm die je in kokend water moet doen waarna je een complete warme hap krijgt. Met een brandertje is dat snel voor elkaar. Om te zorgen dat we nu wel onze spullen al heel vroeg naat de boot konden brengen, moesten we de tweede nacht bij Memurubu van de slaapzaal gebruik maken, zodat we onze eigen spullen alvast de avond ervoor in konden pakken.

Na een voortreffelijk ontbijt in Memurubu vertrokken we voor onze tweede tocht, naar Gjendesheim. Het werd een lange maar mooie tocht. Onderweg kwamen we een enthousiaste vader en dochter tegen, die ook nog een foto van ons maakten. Met behulp van onze Garmin GPS, waar we de topografische kaart van Jotunheimen in hadden gezet, was het eenvoudig ons te oriënteren. Twee reservebatterijen in een zonneoplader zorden ervoor dat we nooit zonder batterijen voor de GPS zouden zitten.

tweede wandeling
tweede wandeling

Uiteindelijk kwamen we laat aan in Gjendebu. Weer gingen we ons bivak opzetten in de regen... De dag erop waren veel van onze spullen nat, en onze lichamen moe genoeg om te besluiten weer een rustdag te nemen, in de slaapzaal te gaan slapen, en onze spullen naar de droogruimte te brengen. De "slaapzaal" was uiteindelijk bijna een soort privékamer waar boven ons nog twee jongens van een jaar of vijf sliepen waar we geheel geen last van gehad hebben. In Gjendebu hebben we ook Gjendekoekjes gekocht, lekker!

Gjende koekjes
Gjende koekjes

In goed uitgeruste staat en prima conditie gingen we van start met onze derde en laatste wandeling richting Eidsbugarden - deze keer met rugzak! Evert had bijna 30 kg op zijn rug, Mireille ongeveer 16 kg. Beiden droegen we dus ca. 1/3 van het eigen lichaamsgewicht. De tocht zou een gemakkelijke route naar Eidsbugarden moeten zijn. Eerst viel het lopen met rugzak zwaar, maar gelukkig was de route in het begin nog genadig. Na een poosje begon de route te klimmen en dat voel je dan goed in je beenspieren. Hoewel we eerst halverwege wilden bivakkeren, besloten we door te lopen omdat het ging regenen. Onderweg kwamen we ook nog een stroompje over dat we alleen met blote voeten konden traverseren. Om foto's van ons allebei te maken moesten we het fototoestel overgooien - geen probleem, het toestel is waterdicht en is ontworpen om valhoogtes tot twee meter te weerstaan.

oversteek mireille
oversteek mireille

oversteek evert
oversteek evert

Toen we eindelijk aankwamen bij het meer dachten we dat het moeilijke deel erop zat, en we een gemakkelijk horizontaal pad zouden krijgen. Nou, de losse stenen, blubber, struiken en muggen vormden nog een fikse beproeving die bijna tropisch aandeed. Onderweg werden we nog ingehaald door erg snel wandelende Noren. Toen we eindelijk bij Eidsbugarden aankwamen waren we bekaf. En ook tevreden, want de tocht was prachtig.

merkstenen
merkstenen

Waarom we zo moe waren? Niet alleen van het lopen op keien en door de modder of door het water, en van dal naar bergtop met een rugzak. Ook het weer is wisselvallig: van warm naar koud, van zonneschijn naar regen, van winderig naar beschut. Continu moet je je plannen en je kleding aanpassen. Omgaan met wisselvalligheid en verandering is essentieel in Jotunheimen.

In Eidsbugarden zijn we nog twee dagen gebleven, om uit te rusten, van de omgeving te genieten, en onze opties te overwegen. Onze hoeveelheid contant geld raakte op - in de bergen zijn niet zoveel pinautomaten en we moesten meer gebruik maken van de berghutten dan verwacht - en onze gezondheid was ook niet optimaal. We besloten eerder dan gepland naar Nederland terug te keren. Het primaire reisdoel, wandelen in Jotunheimen, was immers gehaald. Mochten we er ooit weer terugkeren, dan zonder zware rugzak maar enkel met dagrugzak, want het terrein is te zwaar om er lang met een zware rugzak te kunnen lopen. Beter is het om van hut naar hut te trekken, zoals ook de meeste erg ervaren Noren doen, en lid te worden van Den Norske Turistforening. Onderweg in de bus hebben we nog heel wat foto's gemaakt - het was moeilijk om niet steeds foto's te maken van de prachtige omgeving.

Op de luchthaven van Oslo, stukken kleiner dan Schiphol en sterk gelijkend op de luchthaven Arlanda bij Stockholm, konden we een vlucht voor de volgende ochtend regelen. Dat werd wel flink bijbetalen, en de nacht op de luchthaven doorbrengen. De vliegreis ging zonder problemen en eenmaal op Schiphol aangekomen namen we de trein naar huis.

Evert Mouw & Mireille Schaap